Wij hebben regelmatig teams voor onze neus die zelfsturend, zelforganiserend, zelfregisserend of zelfstandig willen worden. Of moeten worden. De voor- en tegenstanders van zelfsturing bestrijden elkaar al tijden. Tegenstanders waarschuwen voor de misère waar teams in verzeild raken als ze aan hun lot worden overgelaten. Voorstanders wijzen op de wereldwijde successen om de klant echt sneller en beter te bedienen en wakkeren de ambitie aan om te werken in zo’n team dat gaat vliegen.
De naam maakt niet zoveel uit; veel zelfsturende teams kennen een verschijnsel waar ze behoorlijk gek van kunnen worden. Namelijk dat er helemaal niks ontbreekt aan de individuele inzet, competenties, verantwoordelijkheid of professionaliteit van de leden van het team, en toch lukt het als team niet. Of niet genoeg. Of niet snel genoeg.
Dat verschijnsel is voor veel mensen die in teams werken ongelofelijk. Om moedeloos, woedend of gek van te worden.
Wij vinden dat helemaal niet gek. Wij kijken naar teams als levende systemen en die gedragen zich nou eenmaal anders dan alle losse individuen. Sterker nog: het resultaat van het team wordt nauwelijks bepaald door de individuele competenties en inzet. Echt.
Nog meer investeren in individuele inzet of competenties heeft dus weinig zin. Maar wat dan wel?
Er is eigenlijk maar één ingrediënt voor een florerend zelfsturend team.
Een doodeng ingrediënt, dat in handen is van de teamleden: ja zeggen tegen onderlinge afhankelijkheid om de klus te klaren.
“Oh, dat”, zei het team van een bank dat we ooit voor ons hadden. “Tuurlijk. Logisch. Uiteraard”, zei het team van een thuiszorgorganisatie. “Hoe moeilijk kan het zijn?”, zeiden deelnemers in een training. “Je bedoelt dat we het samen moet doen? Da’s toch niks nieuws?” zei een ander team.
Samen doen en onderling afhankelijk lijkt nog wel even iets anders. In theorie is onderlinge afhankelijkheid helemaal niet heel ingewikkeld. Laat staan eng.
Het betekent:
- ik kan dit niet zonder jullie
- jullie kunnen dit niet zonder mij
- ik heb jullie nodig
- voor dit teamresultaat ben ik volstrekt afhankelijk van jullie en jullie volstrekt afhankelijk van mij
Heb je al een beetje in je neus wat dat van je vraagt? Overvalt je al iets van twijfel, weerzin, slappe lach of koud zweet?
Want ja, je bent dus ook afhankelijk van al die teamleden waar je best iets (of veel) van vindt. Zonder hen is de klus niet te klaren.
Onderlinge afhankelijkheid staat VOLKOMEN haaks op de gebruikelijke zelfstandigheid, autonomie en onafhankelijkheid waar we met z’n allen zo naar streven, niet alleen in organisaties. Simon Sinek zei ooit op een congres: we weten niet eens meer hoe we afhankelijk moeten zijn. Alle zelfhulpboeken zijn gericht op onafhankelijkheid en autonomie, betoogde hij, niet op leren hoe je je afhankelijk van de ander gedraagt. En best eng, die afhankelijkheid…
Daar betalen we een hoge prijs voor, voor ons talent voor onafhankelijkheid. Teamleden investeren (en sjouwen, duwen en trekken) ieder voor zich en met de beste intenties het apezuur, zonder dat het teamresultaat wordt gehaald. Nou, dan vergaat je lol in zelfsturende teams vanzelf…
Die autonomie en zelfstandigheid is dus gek genoeg de pest voor collectieven en dus voor teams.
Je onderling afhankelijk van elkaar gedragen, dàt maakt uit voor het resultaat van het team.
Geef een reactie